De zomer(vakantie): een tijd van ontspanning, reizen naar verre oorden en welverdiende rust. Voor korfballers is de zomer ook de overgangsperiode naar een nieuw seizoen. Een mooie gelegenheid om de batterij weer op te laden, zodat frisheid bij de seizoensstart geen issue is. Een groot aantal spelers zal de eerste training echter al in gedachten hebben. Want naast frisheid, is een zekere mate van fitheid bij de seizoensstart ook wel wenselijk. De speler is zelf verantwoordelijk voor het behouden van zijn korfbalconditie, die aan het eind van een seizoen over het algemeen prima in orde is. Om te weten hoe hij/zij dat proces het best kan inrichten, moet eerst duidelijk zijn wat korfbalconditie (of korfbalfitheid) precies is.
Wat is korfbalconditie?
Het doel van korfbal is winnen. Om te winnen moet een team in een wedstrijd meer doelpunten scoren dan de tegenstander. Scoren is het doel van de teamfunctie aanvallen. Het team poogt kansen te creëren, en deze vervolgens te verzilveren. Tijdens de teamfunctie verdedigen heeft een ploeg uiteraard het tegenovergestelde doel: scoren voorkomen. Het team heeft daar de taak om te voorkomen dat er mogelijkheden ontstaan, en om ontstane kansen onschadelijk te maken. De transitiefunctie (uitbrengen, uitverdedigen) is de brug tussen aanvallen en verdedigen.
Korfbalacties (zie afbeelding 1), zijn acties die de spelers in de context van het korfbal ondernemen om teamtaken te realiseren. Een korfbalactie1Zie voor uitleg: ‘Hoe een korfballer zijn afstandsschot kan verbeteren’ bestaat uit vier stadia: waarnemen (1), communiceren (2), beslissen (3) en beslissing uitvoeren (4). Tijdens een korfbalwedstrijd doorloopt een speler deze cyclus naar schatting enkele honderden keren; een wedstrijd bestaat immers uit (veel) meer dan één korfbalactie. De mate waarin hij/zij in staat is om dat te doen, dat is korfbalconditie.
Korfbalconditie is dus zeer specifiek en alleen trainbaar in de korfbalcontext. De oplettende lezer zal hier constateren dat het dus een lastig verhaal wordt om korfbalconditie te behouden als er geen korfbaltrainingen en -wedstrijden zijn. Er zijn immers weinig korfballers die naast een bal en een korfbalpaal ook een busje medespelers én een aanhangwagen vol met tegenstanders meenemen naar de camping aan het Gardameer. De beste optie om korfbalconditie te behouden valt dus af, vanwege de beperkingen die horen bij een zomerstop. Alle spelers die korfbalfit willen blijven ervaren diezelfde beperking. Waar het om gaat, is hoe goed de speler daarmee omgaat.
Het beste alternatief om korfbalconditie te behouden
Het is dus niet mogelijk om korfbalacties uit te voeren zonder korfbalomgeving. Wat wel mogelijk is, is om anderssoortige acties uit te voeren die veel overeenkomsten hebben met korfbalacties. Als het vervolgens lukt om een context te creëren die zoveel mogelijk de eigenschappen van een korfbalwedstrijd nabootst, dan is de kans op een positieve transfer2Lees meer over deze term in boeken over trainingsleer, zoals ‘Trainingsleer van A tot Z‘. naar korfbalconditie het grootst (zie video 1).
Om zo’n context te ontwerpen, is het belangrijk om zo objectief en nauwkeurig mogelijk te beschrijven wat het volhouden een korfbalwedstrijd van een speler vraagt. Een poging daartoe hieronder3De data binnen dit kader zijn een richtlijn. Beschikt de lezer over meer of betere data, dan kan hij/zij de opsomming aanvullen of beweringen nauwkeuriger maken.:
- De duur van een gemiddelde aanval is 22 seconde;
- De arbeids-/rustverhouding is gemiddeld 50/50;
- De duur van een wedstrijd is 2×25 minuten zuivere speeltijd;
- De rust duurt maximaal 10 minuten;
- Horizontale verplaatsingen: versnellen-afremmen op geschatte gemiddelde afstanden van 0,5m tot 5m, met afstanden tot ongeveer 7m als uitzondering op de regel;
- Verticale verplaatsingen: springen-landen, landen-springen;
- Na afremmen of landen een andere richting kiezen, zowel horizontaal als verticaal;
- Tempowisselingen in verplaatsingen;
- De ondergrond is zaal of kunstgras;
- De ondergrond is vlak.
Deze beschrijving levert een soort checklist op, die richting geeft aan het kiezen van het beste alternatief voor korfbalconditietraining. Hoe meer vinkjes een activiteit (bij benadering) aftikt op de checklist, hoe groter de kans op een positieve transfer naar het korfbalveld. Een vakantie lang duurlopen door de Oostenrijkse Alpen levert dus logischerwijs minder op dan op dan dagelijks 2×25 minuten volleybal spelen met sportieve campinggenoten4Duurlopen kan zelfs averechts werken, gezien het type spiervezels dat wordt aangesproken..
Aanbevelingen
Maar niet iedereen heeft de beschikking over campinggenoten, laat staan sportieve campinggenoten. Daarom is het belangrijk voor een speler om ook zijn persoonlijke situatie goed in kaart te brengen. Op basis van de checklist, en met de persoonlijke omstandigheden in het achterhoofd, kan de speler een logische keuze maken voor zijn/haar best beste alternatief.
In een gunstig geval beschikt de speler over materialen, een vlakke ondergrond, potentiële medespelers en potentiële tegenstanders om een open spelsport mee te spelen. Er zijn dan zeer kansrijke alternatieven te bedenken. Denk bijvoorbeeld aan doelspelen als 3×3 basketbal, of voetbal en hockey op een kleiner veld. Maar ook racket- en netsporten als volleybal, tennis, squash, padel en badminton vertonen overeenkomsten met de verplaatsingen die de korfbalsport kent. De regels en ondergrond kunnen bovendien naar wens worden aangepast, zodat het conditionele aspect dat wordt getraind veel weg heeft van korfbalconditie.
In het slecht denkbare scenario beschikt de speler over (bijna) niets. In dat geval kan de speler een circuit inrichten dat aan zoveel mogelijk punten op de checklist voldoet. Ook het Zweedse concept Fartlek levert inspiratie voor een goed alternatief op. Met wat aanpassingen is het goed mogelijk een Fartlekvorm te creëren die enige positieve transfer naar de korfbalcontext oplevert.
Indien mogelijk: blijf schieten
Een afsluitende bonustip: staat er een korfbalpaal ter beschikking, train dan ook om het (afstands)schot te verbeteren. Hoewel dat geen raakvlak heeft met het behouden van korfbalfitheid, is het belangrijk om te beseffen dat het trainen van schieten tot op zekere hoogte prima kan zonder medespelers en tegenstanders. Ga bijvoorbeeld doelbewust aan de slag met het somkracht-principe dat helpt om de maximale schotafstand te vergroten, en verschijn goed aan de start van het nieuwe seizoen.
De foto boven dit artikel, de doelpoging van Matthijs de Koning (DVO/Transus A1), is gemaakt door René van Dam (Korfbalfoto).
Referenties
- 1Zie voor uitleg: ‘Hoe een korfballer zijn afstandsschot kan verbeteren’
- 2Lees meer over deze term in boeken over trainingsleer, zoals ‘Trainingsleer van A tot Z‘.
- 3De data binnen dit kader zijn een richtlijn. Beschikt de lezer over meer of betere data, dan kan hij/zij de opsomming aanvullen of beweringen nauwkeuriger maken.
- 4Duurlopen kan zelfs averechts werken, gezien het type spiervezels dat wordt aangesproken.